Schriftlezingen: Jesaja 2,1-5, Psalm 122, Romeinen 13,11-14 en Matteüs 24,37-44
Wees waakzaam, want gij weet niet op welke dag Uw Heer komt. Mt. 24,37-44
De Mensenzoon Komt onverwacht, zorg dus dat je klaar staat en bereid bent, dat is de boodschap van het Evangelie van de eerste Adventszondag. De grote vraag die wij ons dus aan het begin van dit nieuwe liturgische jaar mogen stellen is: ben ik er klaar voor? Of zijn er nog zaken die ik moet regelen? En dan vooral: is er nog iets dat ik goed moet maken, met andere mensen of met God zelf? Kan ik Hem zo onder ogen komen?
Wees alert
‘Wat ga je doen met de Advent?’,is een goede vraag. Maar beter is: ‘Wat gaat de Advent met jou doen?’. Want Advent gaat niet allereerst over wat ik uitdenk en wat van mij uitgaat, maar over wat er bij mij binnenkomt en vooral over wie er bij mij binnenkomt. Als je alles wat je nodig hebt om gelukkig te zijn al in je hebt, hoeft er geen Advent te zijn. Dan hoef je ook niet te wachten op iets of iemand die je gelukkig maakt. Dan hoef je niet waakzaam te zijn om het geluk binnen te laten als het onverwacht bij je aanklopt.
Je kunt er onbekommerd op los leven. Jezus heeft het over de zorgeloze tijdgenoten van Noach. Die lieten zich voortdrijven op de routine van werken, slapen, eten en drinken. Ze waren niet perse slecht, ze hadden alleen niet in de gaten dat ze op een tikkende tijdbom zaten. Hun wereld was vol van geweld, zegt de Bijbelse schrijver, maar ze leefden alsof er niets aan de hand was.
Onze tijd lijkt meer op de tijd van Noach dan we denken. Ook onze wereld is vol van geweld. Duizenden miljar- den worden gespendeerd, niet om mensen en hun aarde te redden, maar om een gigantische geweldmachine in stand te houden. Intussen gaat het leven door alsof er niets aan de hand is. In de tijd van Noach kwam het mo- ment waarop mensen uit hun slaap werden gerukt en het uur van de waarheid aanbrak. Dat zal niet anders zijn wanneer de Mensenzoon komt, zegt Jezus. En omdat we niet weten wanneer Hij komt, is het zaak alert te zijn. ‘Zorg dat je klaar staat, wanneer de Mensenzoon komt’.
Terwijl we bij Advent vooral denken aan de komst van Jezus in Bethlehem, gaat het vandaag over de tweede komst van Jezus. We zullen de komende weken merken dat in de liturgie op drie verschillende manieren over het komen van Jezus wordt gesproken. We herdenken zijn komst in Bethlehem, in armoede. We zien waakzaam en hoopvol uit naar zijn tweede komst, in heerlijkheid. Tegelijk vieren we dat Jezus nu al komt om te wonen in iedere gemeenschap en in ieder hart dat zich door hem laat vinden. De mysticus Angelus Silezius heeft dat laatste pakkend verwoord: ‘Al was Jezus duizendmaal te Bethlehem geboren, en niet in jou, je was nog steeds verloren’.
Jan Hulshof

