Tv-reeks bij trappistinnen: ‘Eerbetoon aan mogelijk de laatste getuigen’

In een lang interview vertelt Annemie Struyf aan Lieve Wouters voor Otheo.be over haar band met de zusters van Brecht en over ‘een soort Godservaring’ in de witte stilte van Spitsbergen.

Vijftien jaar na In godsnaam keert Annemie Struyf terug naar de trappistinnen van Brecht. De verbouwingen in het klooster vormen de insteek voor opvolger In hemelsnaam (op Eén vanaf dinsdag 28 oktober). De zusters zijn veranderd. De wereld is veranderd. Annemie is veranderd. Genoeg stof voor een babbel die de tijd doet vergeten.

De laatste jaren maakte je met Het Hoge Noorden en La vie en rose vooral reisprogramma’s. Wat deed jou de draad weer opnemen bij Brecht?

Het Hoge Noorden laat me nog niet meteen los, maar ik voelde dat ik weer eens uit mijn comfortzone moest komen. Terug naar Brecht was echt weer springen. Ik duik opnieuw in de religieuze wereld, en dan nog wel die van een slotklooster. Omdat het zo’n kwetsbaar en fragiel thema is, vind ik het best spannend. Geen idee hoe dat bij mensen gaat binnenkomen, zeker na de ophef over misbruikschandalen uit het verleden van de Kerk.

De reeks komt voort uit een grote persoonlijke nieuwsgierigheid. Op mijn leeftijd kijk ik al eens achterom naar mijn loopbaan en mijn leven. Waar kom ik vandaan? Waar ga ik naartoe? Waar draait het in het leven om? Wat is wijsheid, wat is waanzin? In mijn reportagewerk, en zeker ook bij de zusters, vind ik een schat aan wijsheid.

Er komt ook een boek uit bij Lannoo en samen met zangeres Soetkin Baptist werk ik aan een voorstellingenreeks, Lieve hemel, over hemel en hel, geloof en hoop, afscheid en verlies. Maar vooral ook over de Liefde, mét of zonder hoofdletter. 

De zusters zijn aan een grondige renovatie en gedeeltelijke herbestemming van het klooster bezig. Was dat de insteek voor de reeks?

Inderdaad. Die verbouwing zie ik als een grote metafoor. Het klooster davert letterlijk en figuurlijk op zijn grondvesten. De abdis, zuster Katharinagelooft dat de kloosterleven zal overleven en dat het er nu op aankomt het waakvlammetje te beschermen, tot het vuur ooit weer oplaait. Maar zelf ben ik daar niet zo optimistisch over. Misschien maken we hier het einde van een tijdperk mee. Op twee novicen na, allebei veertigers, zijn alle zusters 60-plus. Kiezen om nu in te treden als jongere, is ook kiezen om met ouderen te gaan samenleven.

Misschien hebben we wel de laatste getuigen geportretteerd en zal Katharina als laatste de deur dichtdoen. Wij hebben een unieke inkijk in hun leven gekregen. Drie jaar lang hebben we aan dit project gewerkt, en dat beschouw ik als een voorrecht en blijk van vertrouwen. Voor mij is de reeks dan ook een soort eerbetoon.

De abdij telt momenteel twee novicen. Toch goed?

Toen we drie jaar geleden begonnen te draaien, waren ze nog met drie. Ik hoop dat deze twee het volhouden, maar dat is absoluut niet vanzelfsprekend. Het leven in een slotklooster staat haaks op onze hectische samenleving. Een voorbeeld: wie intreedt, laat niet alleen haar job, huis en bezittingen achter, maar ook haar smartphone. Kun jij je nog jonge mensen voorstellen die kunnen leven zonder?

Zuster Katharina vertelt in de reeks openlijk over de enorme uitdagingen van het kloosterleven. Zelf treedt ze al veel meer naar buiten dan haar voorgangsters ooit deden, maar het blijft een klooster met een hoge muur. De bedoeling is om naar binnen te keren.

Volgens mij heeft zuster Katharina zelf wel een smartphone.

Ja, het klooster heeft dan ook Facebookpagina en een webshop. Je kunt de digitale wereld onmogelijk helemaal buiten houden. Het komt erop aan een minimum aan bereikbaarheid en toegankelijkheid te verzoenen met een spiritualiteit die gericht is op inkeer en stilte.

Het leven achter de muren van het klooster is het omgekeerde spiegelbeeld van onze samenleving. Absolute stilte versus continue prikkels en geluiden. Geen persoonlijke bezittingen tegenover consumeren. Een ommuurd bestaan tegenover wereldwijd reizen en almaar je grenzen verleggen. Geen intieme relaties. En dan nog de gehoorzaamheid. Totaal ondenkbaar voor de individualisten die wij allemaal zijn, met onze focus op autonomie, assertiviteit en zelfbeschikking.

Welke gelofte zou jij het moeilijkst vinden?

Vroeger dacht ik vooral: armoede en kuisheid. Daar kon ik me het meest bij voorstellen. Maar de gehoorzaamheid? Afstand doen van je eigen wil en zeggen: ik schik mij, ik dien, ik stel geen vragen, ik voer uit. Laat Uw wil geschieden? Dat is ook niet iets wat we onze kinderen nog leren, hé. We zeggen: kom op voor jezelf. Of niet meer kunnen reizen? Heel moeilijk. Het is echt een tegenovergestelde wereld, en precies daarom boeit hij me zo erg.

Vaak lijkt hun levenskeuze waanzin, maar dan denk ik weer: ons leven heeft toch ook waanzinnige aspecten. Het is, bijvoorbeeld, niet goed gesteld met het mentaal welzijn van almaar meer mensen. We hollen onszelf voorbij. En we laten ons leven almaar meer bepalen door technologie. We laten onze kleinste kinderen naar hartelust scrollen en eindeloos kijken naar schreeuwerige filmpjes. Stilaan komt het besef dat er iets mis begint te lopen met de geheugen-, concentratie- en andere hersenfuncties van kinderen en jongeren.

De hele kindertijd en jeugd zou een veelzijdig, creatief en warm proces moeten zijn, met vallen en opstaan, maar voor velen loopt het ergens mis. Hoe waanzinnig zijn wij eigenlijk bezig, terwijl we ‘nonnen’ als vreemde wezens zien?

Met zuster Katharina heb je een speciale klik. Hoe komt dat?

We hebben dezelfde leeftijd en studeerden allebei Pedagogische Wetenschappen, Na onze studies zijn we elk een eigen pad opgegaan. Ik ben de wereld ingetrokken, zij is de weg naar binnen gegaan. In 2008 was ik al gefascineerd door haar persoonlijkheid: heel open en direct, down to earth.

Intussen is er veel gebeurd. Zij is abdis geworden, de misbruikschandalen hebben de Kerk zwaar onder druk gezet, we zijn allemaal 15 jaar ouder geworden. Van beide kanten hebben we altijd een zeker contact gehouden. Nu was het tijd rijp om opnieuw de draad op te nemen.

En?

Ik voelde meteen weer die connectie. Een uitzonderlijk voorrecht trouwens dat de zusters mij en de cameraploeg toelieten om hen zo lang en intensief te volgen. Zoiets vraagt veel vertrouwen. Waar ik in de tv-reeks van 15 jaar geleden van de ene verbazing in de andere viel – het vroege opstaan, het zwijgen, de handenarbeid – kon ik nu veel dieper gaan in mijn vraagstelling. Ja, ook pijnlijke vragen komen aan bod, voorbij de nieuwsgierigheid. De eindigheid van het leven is sterk aanwezig in de reeks, ook de eindigheid van het kloosterleven.

Zelf sta je ook 15 jaar verder in het leven. Heb je de ontmoeting daardoor anders ervaren?

De afgelopen 15 jaar heb ik opnieuw veel gereisd, veel mensen ontmoet en zoveel van het leven gezien dat ik weet: niets is zwart of wit. Ik heb het dan ook heel moeilijk met de etiketten die mensen voortdurend opgeplakt krijgen. Alle politici zijn zakkenvullers. Alle religieuzen zijn kindermisbruikers. Alle moslims zijn terroristen, alle joden zionisten. 

In Brecht heb ik stuk voor stuk uitgepuurde mensen ontmoet, die me vaak ontroerd hebben. Neem nu zuster Kirsten, die 80 wordt. ‘Op deze leeftijd maak je de balans op’, zei ze. ‘Heb ik de juiste keuze gemaakt? Heb ik het goed gedaan?’ Waarop ze een bloedeerlijke balans opmaakt. In ons laatste gesprek vroeg ik haar: ‘Stel dat God niet bestaat. Is het dan allemaal voor niets geweest?’ Ze ging die vraag niet uit de weg, integendeel. Ze wilde die mogelijkheid recht in de ogen zien. Indrukwekkend. Het is niet omdat je je hele leven in een klooster woont, dat je geen zoekende mens meer zou zijn.

In een eerder interview vertelde je dat je de God uit je kindertijd soms mist. Ben je Hem weer tegengekomen?

Vaak benijd ik mensen die geloven, inderdaad. Er zit zo’n troostende kracht in het geloof. Of ik Hem daar terug ben tegengekomen? Ik heb er alleszins veel geleerd en ben altijd graag in Brecht.

Deze keer werd ik vooral getroffen door de kracht en het mysterie van de stilte. Je hoeft niet gelovig te zijn om de stilte binnen te gaan, als een poort naar een andere wereld, waar je elkaar kunt vinden, hoe verschillend je ook bent. De kracht daarvan kan niet onderschat worden. Eigenlijk ligt stilte al heel dicht bij gebed, in welke vorm dan ook.

Als de zusters ‘s nachts opstaan om te bidden, doen ze dat om ‘het goede in de wereld te zetten’, zo vertelt zuster Katharina. ‘We bidden dat het dag mag worden voor al wie in de nacht leeft.’ Ze vergelijkt bidden met bloed geven. Je weet niet voor wie je het doet, maar wel dat jouw gezond bloed terecht komt bij iemand die het nodig heeft. Ik vind dat een mooie gedachte, die je overigens ook terugvindt in andere overtuigingen. Ik heb vrienden die zeggen: het goede doen of denken, dat brengt altijd wel ergens iets positiefs teweeg. 

Hoewel ik mezelf niet als gelovig omschrijf, was ik enorm geraakt door de reactie van de zusters toen ik vertelde dat ik opnieuw oma zou worden. Mijn dochter moet eerstdaags bevallen van een tweeling, en dat is best spannend. ‘We gaan een noveenkaars aansteken’, klonk het meteen. Negen dagen lang brandt er nu een kaars voor een voorspoedige bevalling. Toen ik dat aan mijn dochter vertelde, was ze op haar beurt enorm geraakt. Er zitten mechanismen in de mens die ons doen reiken naar iets hogers. Zeggen we bij het afscheid van een dierbare ook niet: ‘Ooit zien we elkaar terug’? Dat perspectief doet leven.

Wat hoop je met de reeks te bereiken?

Het gaat me uiteraard niet om nieuwe roepingen voor Brecht. Maar als ik één ding wens, is het wel dat de kijker respectvol zal kijken naar de zusters. Dat ze mensen zien die in alle eerlijkheid en naaktheid een beslissing hebben genomen voor het goede. Dat ze daar hun leven lang blijven achter staan, zonder iets voor zichzelf op te eisen. Toen ik de zusters eens vroeg om hun persoonlijke bezittingen te tonen, kreeg ik van de ene een familiefoto te zien, van de ander een icoontje… Dat is het. Zo schamel staan ze in de wereld. We kunnen dat misschien niet begrijpen, maar we kunnen er wel respect voor opbrengen.

Ook Kristel, mijn vaste regisseur, en de klankvrouwen waren na elke draaidag geweldig onder de indruk. Het is een zo totaal andere wereld … maar op het einde van de dag zijn alle vooroordelen gesmolten en denk je: waar ben ik vandaag toch geweest?!  

Wanneer In hemelsnaam start, hebben we net vier afleveringen van het VTM-programma De nonnen* achter de kiezen. Hoe kijk jij daarnaar?

Eerst vond ik het bijna samenvallen van beide reeksen heel erg. Alleen die titel al verraadt een beeldvorming die ik net wil opentrekken. ‘Daar gaan we weer’, dacht ik. Maar misbruik is een realiteit geweest die moet verteld worden. Elk verhaal heeft zijn rechten.

Heb je het met de trappistinnen ook over de misbruikschandalen gehad?

Ja, al komt dat thema uitgebreider aan bod in het boek dan in de reeks. Je hebt daar voldoende ruimte voor nodig, en ik wilde geen tweede Godvergeten maken. Mijn insteek was het leven van de zusters nu, vandaag. We volgen hén, op onze manier en met de invalshoeken die wij gekozen hebben. Voor de zusters zijn de schandalen van misbruik en toedekken ervan overigens ook een grote kwetsuur, waar ze open over spreken.

Je hebt al een bijzonder rijke loopbaan gehad. Hoe blik je daarop terug?

Mijn job is mijn leven én mijn maatschappelijk engagement. Eén scène is nog altijd op mijn netvlies gebrand en doet zo weer de tranen in mijn ogen springen. We zaten in een hutje in Kenia met twee piepjonge meisjes, die besneden zouden worden. Ze werden voor mijn ogen verminkt in de meest gruwelijke omstandigheden. Van seksueel geweld gesproken… En het werd in die omgeving nog toegejuicht ook. Ik hoor ze tot vandaag schreeuwen in mijn oren. Dat heeft iets in mij doen knappen.

Dit soort reportages heb ik nadien niet meer kunnen maken, maar we hebben wel een stichting opgericht, Hope for Girls, waar ik nog altijd voorzitter van ben. We bieden onderwijskansen voor meisjes en steunen een vluchthuis voor meisjes die aan genitale verminking willen ontsnappen.

Vrouwenrechten waren en zijn een belangrijk thema voor mij. Het zal dan ook niet verbazen dat ik het met zuster Katharina ook vaak heb gesproken over de positie van vrouwen in de katholieke Kerk. Toch onvoorstelbaar dat een vrouw nog altijd geen priester kan worden. Daar knap ik zelf helemaal op af.

Waar haalde je de grootste voldoening uit?

Uit het persoonlijke contact met mensen, zowel in mijn werk als in het leven. Daar groei en geniet ik van. Natuurlijk kun je niet met iedereen contact houden, maar elk contact was meer dan alleen maar zakelijk. Ik heb er altijd mijn hart en ziel in gestoken. Het leven is te kort om de tijd zomaar te vergooien.

In de laatste aflevering van Het Hoge Noorden trok je naar Spitsbergen, waar je de verlatenheid wilde voelen die poolreizigster Christiane Ritter beschrijft. Hoe heb je het op het moment zelf beleefd?

Dat komt toch heel dicht bij wat velen een religieuze ervaring zouden noemen, denk ik. Kristel en ik namen een sauna en stonden daarna bij -25 graden in de stilte en de sneeuw. Bij volle maan. Als kleine, nietige wezens in een oneindige stilte en wildernis. Ik voelde een energie in mij binnenstromen en in mijn lichaam rondstromen. Er was geen plaats en tijd meer, alleen het mysterievolle weten dat er meer is tussen hemel en aarde. Tegelijk geruststellend en onbegrijpelijk. Die ervaring zal me nooit meer loslaten. 

Dat je dit kunt beleven terwijl de camera’s draaien, heb ik vooral aan Kristel te danken. Ze biedt mij zoveel veiligheid. In haar bescherming kan ik alles vergeten. Eigenlijk dacht ik dat we die ongelooflijke scène in badpak niet zouden gebruiken, wegens te intiem en te persoonlijk. Maar Kristel heeft dat zo mooi gemonteerd.

Is er een vóór en na Spitsbergen?

Ja zeker. Sinds die ervaring ga ik zelf ook meer de weg naar binnen. Brecht zal altijd een van de plaatsen blijven waar ik antwoorden zoek en vaak ook vind op de grote vragen van het leven. Verder heb ik ook een stilteplek in Frankrijk waar ik me geregeld terugtrek.

Opnieuw oma worden, confronteert me ook wel met het opschuiven van de generaties. Hoewel ik nog vol plannen zit, besef ik toch dat ik geen oneindig aantal mooie zomers meer in het verschiet heb. Ooit zal ik verdwijnen, daar denk ik bijna dagelijks aan. Het helpt me ook om het leven nog meer naar waarde te schatten en geen tijd te verspillen.

* Documentaire op de Belgische Commerciële televisiezender VTM waarin Vlaamse slachtoffers getuigen over mishandeling en misbruik door nonnen.

Interview voor Otheo door Lieve Wouters
Foto: Jonathan Ramael

Uitzending In hemelsnaam, nieuwe reeks vanaf 28 oktober op de VRT


 

Boeken