Weekbrief Leo Fijen – 4 augustus

Dankbaar en tevreden

Een alleenstaande moeder vertelde me een mooie anekdote over haar vijfjarig dochtertje. Die hield bij terugkomst van de boodschappen moeder het volgende voor: ‘Doe de deur niet zo snel dicht. Mijn engel moet nog binnenkomen’. Het was voor het meisje belangrijk om duidelijk te maken aan haar moeder dat ze niet alleen op haar moeder vertrouwt maar ook met de engel aan haar zijde leeft. De engel staat haar bij. Dit verhaal stuurde Anselm Grün me toe per mail, als één van zijn bijdragen aan het gebedenboek voor Advent en Kerstmis. De Olympische Spelen zijn nog bezig, het is eindelijk zomer. En ik begin over de bijdragen van deze bijna 80-jarige benedictijn uit Münsterschwarzach aan het gebedenboek voor Kerstmis. Echt, ik leef in het heden, ik geniet na van de picknick met de ouderen van mijn dorp in de open lucht. Maar ik ontvang juist in deze zomer de mooiste verhalen van Anselm Grün. Daarom kan ik er nu dankbaar voor zijn.

Wat moeten we doen?
Zoals ik dat ook ben over de meditaties van Katharina Michiels. Abdis van de trappistinnen in het Vlaamse Brecht, net over de grens bij Zundert. Zij is als geen ander thuis in het grensgebied tussen hemel en aarde. Altijd scherp in haar observaties, steeds inspirerend en bezielend. Met rake teksten voor iedere zondag in de Advent en met Kerstmis. En haar grondtoon is dankbaarheid. Wat moeten we doen, vraagt ze ons allemaal. En die vraag is in deze zomer net zo actueel. Blijven we mopperen of zien we meer reden tot tevredenheid? En zijn we ook bereid om te delen? De vraag stellen is die ook beantwoorden. Dankbaar ben ik zeker. Ook naar Katharina Michiels toe, want in het voorjaar schreef ze me dat het niet zou lukken om de meditaties te schrijven. Aan het begin van de zomer liep ik haar tegen het lijf in de Abdij van Egmond. En toen zette ze de deur op een kier. Wanneer heb je mijn meditaties nodig, vroeg ze. Ergens in de tweede helft van juli. De deur van haar hart ging helemaal open, want nog eerder dan gedacht stuurde ze haar mooie meditaties. Alleen al daarom voel ik me bevoorrecht en dankbaar. En zo denk ik deze week vaak aan Advent en Kerstmis maar ben ik dankbaar en tevreden in deze eerste dagen van augustus.

Thuiskomen
Ik kan het ook anders verwoorden: ik kom thuis. Want als ik aan Advent en Kerstmis denk, zijn mijn ouders en het huis in Halfweg nooit ver weg. Met Kerstmis kom je thuis, is dan ook het motto. Bij Christus, bij je naasten, maar ook bij allen die je de waarde van de kerststal hebben geleerd. Dus als ik het gebedenboek voor Kerstmis samenstel, dan is thuis nooit verder. Afgelopen jaar leerde ik dat ook op mijn rondgang langs kerstvieringen van ouderen. Als ik daar de betekenis van de hoofdrolspelers in het Kerstevangelie probeerde te duiden, dan begonnen de ouderen over vroeger, over thuis, over hun ouders. Daarom staan er in het gebedenboek ook kleine persoonlijke herinneringen van ouderen aan de kerststal thuis. Want ook dat herkennen veel ouderen: als je in de herfst van je leven bent, denk je ook meer aan je eigen ouders.

Leo Fijen

het gebedenboek verschijnt in oktober. Reserveer hem nu vast.

 

Boeken